Een grens stellen is één ding. Maar hem bewaken – dus bij je grens blijven ook als dat ongemakkelijk is – vraagt oefening.
Drie stappen om je grens te bewaken:
Herken het signaal: je voelt irritatie, ongemak of vermoeidheid.
Zeg het op tijd: hoe eerder, hoe makkelijker.
Herhaal rustig maar duidelijk: “Zoals ik zei…”, “Ik blijf bij mijn keuze…”
Je mag grenzen aangeven zonder je schuldig te voelen. Hoe vaker je het oefent, hoe natuurlijker het wordt.
Wat is een situatie waarin je géén grens aangaf, maar dat wel had gewild?
Wat hield je tegen?
Wat zou je de volgende keer kunnen doen?
Hoe voelde het de laatste keer dat je wél een grens stelde?